Kaderbrief

maandag 29 mei 2006 13:00

Provinciale Statenvergadering 29 mei 2006, bijdrage van Jan Bezemer

MdV,
Laat ik beginnen met te stellen dat een kaderbrief voor een begrotingsjaar waarin er verkiezingen plaats zullen vinden, en waarin opnieuw na verkiezingen een nieuw college zal moeten worden gevormd, geen gemakkelijke opgave is. Het college moet uitstralen dat de continuïteit van het huidige beleid het beste is, en de collegepartijen zullen voor de allerlaatste keer aan hun eigen profiel moeten denken als er voor de laatste keer van deze periode geld kan worden bestemd voor politieke doelen.
Dat maakt het voor niet-college-partijen moeilijk om mee om te gaan. Want ook deze partijen willen zich wel profileren met gefinancierde politieke doelen, maar willen zich tegelijkertijd niet te erg vastleggen op het huidige programma. En als het over ambities gaat wil iedereen nog wel een tandje hoger, of een extra inspanning.
Waarom kan in de politiek nu niet eens het juiste midden worden bewandeld in plaats van altijd meer dan het midden. Het college heeft in de afgelopen jaren goede dingen gedaan, veel is bereikt, veel is verder gebracht. De rollen zijn gespeeld, de provincie is op de kaart gezet. In onderhandelingsposities is het uiterst haalbare bereikt. Is het in zo’n situatie wel eerlijk om nog meer te vragen? Gelukkig staan er naast ambities ook reële strategische keuzekwesties in de kaderbrief, zodat de bestuurder zo de politicus ook af en toe dwingt tot meer dan korte termijn denken.
De kaderbrief is een richtinggevend en tegelijkertijd richtingzoekend onderdeel van de begrotingsvoorbereiding. In die zin zullen we dan ook niet met moties komen, maar aangeven waar de begroting van 2007 aandacht aan zou moeten geven.

De kaderbrief gaat over twee zaken, namelijk de financiële uitgangspunten èn de beleidsambities, of ook wel de politieke doelen. Het stukje over geld is kort maar duidelijk. Toch geeft het geen realistisch beeld. Nog niet zichtbaar is de operatie uit de extra opcenten, en ook wat buiten beeld is, natuurlijk in dit kader de investerende provincie.
Ons belangrijkste commentaar betreft het enige vrij beslisbare onderdeel, namelijk de actie vitale meerjaren rekening. Er wordt te gemakkelijk gezegd 5 miljoen per jaar voor vitale meerjarenraming. Het woordgebruik maakt elke tegenstand al weerloos. Als je tegen vitaal bent, ben je niet van deze tijd. Het gaat in feite om het inwisselen van oud voor nieuw beleid. Maar zover ik weet is een turn-arround van 5 miljoen euro nieuw voor oud is nog zelden gelukt en zo’n operatie startend in 2007 legt een te zware belasting op de nieuwe overbelaste organisatie. Het is geen reële vrije ruimte. Realistisch is misschien hooguit 1 miljoen euro.

MdV,
Dan nu de ambities. Laat ik beginnen met de ambities van de ChristenUnie-SGP te noemen. Dat zijn er vier, namelijk een hogere ambitie bij de realisatie van woningbouwprogramma’s; een extra impuls voor het openbaar vervoer; een niet aflatende inspanning voor de jeugdzorg; en een sterkere positionering van de provincie in het groene domein.
- De hogere ambitie voor de woningbouw wordt door het college ook voorgesteld. Wij steunen een vergroting van de formatie van het Aanjaagteam omdat bewezen is dat het helpt, en de provincie zo tegelijkertijd voor vele partijen een waardevolle functie blijkt te hebben.
Zichtbaarheid wordt hier op een gemakkelijke manier bereikt. Dat geldt overigens voor alle terreinen waarop de provincie nadrukkelijke aanwezig kan zijn.
- Een extra impuls voor het openbaar vervoer lijkt minder nodig, want er wordt en is al veel verbeterd. Maar zo’n impuls is tegelijkertijd gemakkelijk omdat aangesloten kan worden op de bereikte kwaliteitsverbeteringen. Wij denken aan een bedrag van bijvoorbeeld 2 miljoen euro voor pilots voor gratis openbaar vervoer of tegen gereduceerd tarief – bijvoorbeeld een 1 eurokaartje - op verbindingsstukken waar nu veel files richting Amsterdam staan, waardoor de overstap van de auto naar comfortabel busvervoer gemakkelijker wordt. Ook de vernieuwde aandacht voor RegioNet is bemoedigend. De recent weer in de aandacht gekomen superbus van Wubbo Ockels voor kortere trajecten verdient als openbaar vervoer alternatief onze steun.
- Hoewel er erg veel op het gebied van jeugdzorg is en wordt gedaan vinden wij de gevraagde aandacht voor de zwerfjongeren bijna een afleidingsmanoeuvre. De vraagstukken in de jeugdzorg zijn nog onverminderd groot. Wij willen nu toch ook nadrukkelijk aandacht vragen voor de identiteitsgebonden instellingen voor jeugdzorg, inclusief de pleeggezinnen. De bestaande grote instellingen waar mee samengewerkt wordt kunnen best aangevuld worden met een aantal kleinere die ingeschakeld kunnen worden bij de hulpverlening. De jeugd is kwetsbaar en vormbaar, maar ook vervreemdend vervormbaar indien de hulpverlening neutraler is dan de levensbeschouwing van de ouders van de jeugdige. Een bepaald percentage, bijvoorbeeld 5-10%, van de extra middelen zou geoormerkt kunnen worden voor voorstellen van identiteitsgebonden instellingen.
- Tenslotte willen wij steun uitspreken voor het onderzoek naar het beheer van de recreatiegebieden op middellang termijn. De provincie is dominant aanwezig in het groene domein op allerlei manieren. De recreatiegebieden als speciale gebieden van provinciale zorg, eventueel als provinciaal groengebied is een optie die goed aansluit bij het vergroten van de zichtbaarheid van de provincie. Daarin kunnen soms meerdere functies worden samengenomen. Want naast recreatie gaat het om landschap, natuur, waterrecreatie, en soms het veilig stellen van aardkundige of archeologisch waarden. En ook de relatie tussen de landbouw, in allerlei overgangsvormen naar natuur en recreatie, is dan gemakkelijker beleidsmatig in te passen.

De in de kaderbrief benoemde ambities zijn voor het overige vrij voorspelbaar. Het is ook moeilijk om in deze fase geheel nieuwe zaken te gaan inbrengen, temeer daar uitvoeren en afmaken bij dit college een hogere prioriteit zou hebben en ook heeft dan nieuw beleid.
Het college heeft dus alle energie al nodig om het vele bestaande te doen. Als je echt iets wil bereiken is het nodig je te beperken.
De verleiding is groot om uitgebreid in te gaan op het onderwerp Middenbestuur, dat zullen we nu niet doen, maar het bijdragen aan het vergroten van de zichtbaarheid is wel een belangrijke stap bij het op de kaart zetten van het middenbestuur.
Met betrekking tot de gemeentelijke samenwerking wordt aan alle kanten bezworen dat gemeentelijke fusies van onderop moeten plaats vinden. Toch worden er tegelijkertijd vanuit GS zoveel signalen afgegeven dat ‘het onvermijdelijk is’ en dat het in de volgende statenperiode voor vele gemeenten daarom bijltjesdag zal worden, dat er veel onzekerheid in de provincie bij gemeenten wordt gezaaid. Wij blijven de opvatting trouw dat een vrijwillig proces vanuit de gemeenten het juiste democratische spoor is dat gevolg zou moeten worden.
Een onderwerp wat niet gemist mag worden is de innovatie. Willen we ooit een kenniseconomie worden en minder afhankelijk van de scheefheid tussen wonen en werken, dan is de nieuwe kenniseconomie van groot belang. Maar deze kan niet bloeien in een maatschappij waarin we onbekenden voor elkaar zijn en blijven. De provincie moet investeren in regionale kennisnetwerken van onderwijs en bedrijfsleven. Organiseer regionaal bijeenkomsten met inspirerende sprekers, en waar jong en oud, bedrijf en onderwijs elkaar kunnen ontmoeten. Trek voor zo’n serie bijeenkomsten een redelijk bedrag, bijvoorbeeld 200.000 euro per jaar uit. Datzelfde geldt voor een ander regionaal facet, namelijk de cultuursector. Er zijn tal van regionale cultuuruitingen in de professionele en amateur-sfeer die met een beetje extra provinciale subsidie, de provincie als maatschappij niet alleen versterken, maar tevens voor een grotere zichtbaarheid zorgen. De provincie komt dichtbij de gewone burgers te staan.

MdV, 
De kaderbrief is een belangrijk moment in de beleidscyclus. Dat geldt straks ook voor de begroting. In het dualistisch systeem zoals dat ook in de Tweede Kamer wordt gevolgd, is de gewoonte ontstaan, of wordt althans in stand gehouden, om de begroting in de Kamer te presenteren. We kennen de beelden van de minister van Financiën met zijn koffertje. Ook bij de kaderbrief speelde de kwestie weer wanneer de staten de beschikking over de brief zouden hebben en wanneer GS met de kaderbrief naar buiten zou treden.
Ik wil als suggestie meegeven de begroting voor het eerst aan te bieden aan de staten in een formele speciale statenvergadering, te beleggen in de week nadat de begroting beschikbaar is.
Op deze wijze kan meegewerkt worden aan het vergroten van de zichtbaarheid van de staten en de provincie Noord-Holland.

« Terug

Reacties op 'Kaderbrief'

Geen berichten gevonden

Log in om te kunnen reageren op nieuwsberichten.