Het brengen van werk- en wijkbezoeken is een reguliere halfjaarlijkse activiteit van de fractie. De bedoeling ervan is zelf te zien en te horen wat er zoal in de diverse wijken en buurten speelt en dit vervolgens te betrekken bij de meningsvorming in de fractie en besluitvorming in de raad.

Werkbezoek aan de Voedselbank

De Stadse voedselbank is in 2005 geopend en is bedoeld voor cliënten uit de gemeente Groningen en een aantal gemeenten eromheen. De voedselbank is door mensen die begaan waren met het lot van minderbedeelde medemensen in het leven geroepen. Uit nood. Om de ergste nood te lenigen. Hiervoor is een stichting opgericht. De gemeente verleent enige subsidie. Andere geldschieters zijn o.a. de Rabobank, Mamamini en donateurs.  Aanmelding van cliënten vindt plaats via het maatschappelijk werk (schuldhulpverlening). Belangrijke partners zijn: de gemeentelijke sociale dienst, de Groninger Kredietbank en het Nibud (Nationaal Instituut voor Budgetvoorlichting). De voedselbank wordt door een groot aantal vrijwilligers gerund. De voedselbank staat of valt met vrijwillgers. De voedselbank is elke dag (behalve in het weekend) open.

Om in aanmerking te komen voor een voedselpakket voor de eerste levensbehoeften moet aan een aantal criteria betreffende inkomen en bezit worden voldaan.  Er zijn pakketten samengesteld van verschillende omvang: voor één persoon t/m voor een gezin met tien kinderen. Kinderen krijgen met hun verjaardag een feestpakketje om hun verjaardag met vriendjes en vriendinnetjes te kunnen vieren. Na een halfjaar vindt een herbeoordeling van de financiële situatie van de cliënt plaats.

De producten worden o.a. geleverd door een aantal plaatselijke grootwinkelbedrijven zoals Jumbo, AH en Makro, maar moeten ook wel van ver worden gehaald. Er zijn ook kerken die producten voor de voedselbank inzamelen. De houdbaarheid van de producten is afhankelijk van de soort. De datum van voedsel in blik en glas mag ruim worden overschreden.

De exploitatie van de voedselbank bedraaagt € 40.000,00 per jaar. De voedselbank heeft onlangs een betere koelwagen en een grotere koelcel aangeschaft, zodat ook aan bederf onderhevige producten (zoals vleeswaren) wat langer kunnen worden bewaard, bijv. om na het weekend uit te delen.  De hoeveelheid verse groente en vers fruit is heel beperkt. Het ‘toentjesproject’ (toentje = tuintje) zou in de leemte kunnen voorzien. Particulieren kunnen ook groente en fruit brengen, maar er vindt wel een kwaliteitscheck plaats. Overwogen wordt gebruikte kleding, kinderfietsen en schooltassen aan het assortiment toe te voegen.

De voedselbank voorziet in een behoefte. Niet iedereen die ervoor in aanmerking komt maakt er gebruik van. Er zijn mensen die uit een gevoel van schaamte de voedselbank mijden.

De bezoekers waren diep onder de indruk van wat ze hoorden en zagen. Voedselbanken zouden in Nederland niet nodig moeten zijn. Dat ze er toch zijn is een uitkomst voor mensen die door allerlei oorzaken en omstandigheden er gebruik van moeten maken.

Wijkbezoek aan het Ebbingekwartier

De Ebbingestraat (met dwarsstraten) is van oudsher een straat met een grote diversiteit aan winkels, veelal gerund door kleine ondernemers. Ook aan het Boterdiep zijn allerlei bedrijven te vinden en is een aantal winkels gevestigd. Door de economische recessie en door andere oorzaken (zoals geen bedrijfsopvolger) ontstond leegstand. Leegstand betekent vrij snel verpaupering. Door de inzet van o.a. een winkelstraatmanager is het tij weer behoorlijk gekeerd: er zijn nieuwe winkels gekomen, enkele panden hebben een andere (tijdelijke) bestemming gekregen (bijv. atelier). Van leegstand is maar weinig sprake meer. De Ebbingestraat ondergaat binnenkort een facelift door de komst van grote bloembakken. Het Boterdiep en omgeving (CiBoGa) wordt heringericht. De nieuwe parkeergarage trekt echter nog maar  weinig bezoekers.

De ondernemersvereniging hoopt dat de positieve ontwikkelingen in de komende jaren door kunnen gaan, dat er voldoende geld beschikbaar is en blijft voor de Golden Raand. Het Fonds Ondernemend Groningen is van groot belang. Ook GCC (Groningen City Club) kan veel voor het Ebbingekwartier betekenen en natuurlijk de ondernemers zelf (het ondernemersplatform), die door het af en toe organiseren van leuke, aantrekkelijke activiteiten voor diverse leeftijdsgroepen veel publiek (kopers) naar de winkelstraat kunnen trekken.

Waar de ondernemersvereniging zich zorgen over maakt zijn de hoge huren, die haast niet meer op te brengen zijn. Kleine ondernemers zijn over het algemeen niet blij met het fenomeen koopzondag.